Kathja Smits


Vanaf de opening van de galerie (in 2006) zijn de keramische wandtableaus van Kathja Smits te zien. Regelmatig toont de galerie nieuwe series grote (30 x 30 cm) of kleine (11 x 10 cm) tableaus in exposities in de crypte. De thema’s veranderen voortdurend – van verhalend naar abstract – maar de kenmerkende stijl blijft: sober, persoonlijk en mysterieus.

In 2011 publiceerde de galerie i.s.m. de kunstenaar en Uitgeverij Loos
Over Muurbloemen en Druilhazen.
Het boek belicht twee aspecten van het werk van Kathja Smits: de geschilderde dagboeken en de keramische wandtableaus. Daarnaast is een begeleidende tekst van Rob Perrée opgenomen, ook in een Duitse vertaling door Sandra Venker.
Het boek is te bestellen; stuurt u een mail met uw naam en verzendadres.
Het boek is te koop in de galerie (€ 10) of te bestellen (€ 15 inclusief verzendkosten).
druilhazen

Rob Perrée schreef in “Over Muurbloemen en Druilhazen”:

UIT LIEFDE VOOR HET BOEK

Waarom kies je als kunstenaar voor een medium waarvan je vooraf weet dat het zich nauwelijks leent voor presentatie, laat staan dat je er kopers voor kunt vinden? Kathja Smits laat zich door deze praktische bezwaren niet afschrikken. Voor haar is het kunstenaarsboek een vanzelfsprekende keuze. Uit liefde voor het boek werd ze ooit bibliothecaris. Diezelfde liefde geeft vorm aan haar huidige kunstenaarschap.

Ze maakt kunstenaarsboeken als een soort dagboek. Ze prepareert de pagina’s met olieverf en brengt er vervolgens figuren, vormen, motieven en soms korte tekstjes op aan die een verslag zijn van haar dagelijks leven. De ene keer raakt ze geïnspireerd door de gedichten die ze leest, de andere keer is het de landelijke omgeving die de toon zet. Dieren spelen bijvoorbeeld een grote rol in haar leven. Wat kleurgebruik betreft is ze terughoudend, omdat ze bang is dat dominerende kleuren teveel een eigen leven gaan leiden en zo de intimiteit verstoren. Ze wil evenmin dat de pagina’s in haar boeken directe illustraties zijn van een gedicht of van een gebeurtenis. Dat zou te gemakkelijk zijn. Ze moeten, zoals gedichten zelf, de kijker/lezer de mogelijkheid bieden zijn eigen verhaal te maken, zijn eigen gedachten te vormen. Zoals het wit in de poëzie van belang is, zo zijn de lege plekken op haar pagina’s belangrijk.

Een kunstenaarsboek mag bij haar dan een inhoudelijke samenhang vertonen – het is immers in een bepaalde periode tot stand gekomen – het zal nooit uitgroeien tot een traditioneel verhaal met een begin en een eind.
Ook in de manier waarop ze haar boeken presenteert toont ze zich een kunstenaar die beseft wat een boek is en wat een boekenliefhebber verwacht: de bezoeker moet het in zijn handen kunnen nemen en al bladerend kunnen bekijken. Door de dikke olieverflagen hebben de bladzijdes voldoende stevigheid. Mocht het boek desondanks beschadigd raken, dan is dat maar zo. Smits ziet dat als het natuurlijke risico van het medium.

Haar kunstenaarsboeken zijn het inhoudelijke uitgangspunt voor haar tweede discipline: het tablet of het tableau. Elementen, thema’s, ideeën die in haar boeken worden uitgewerkt, worden op deze kleine keramische tableaus gevangen in één, pakkend beeld. Opnieuw met ingehouden kleuren, opnieuw zo min mogelijk verhalend. Eerder een vervlechting van abstractie en figuratie.
Het mooie is, dat ze met dit werk in feite, qua vorm of qua medium, haar eerste liefde trouw blijft. Het tablet is immers één van de oudste vormen van een boek. Dat het onverwacht en verrassend ook aan de meest recente vorm ervan refereert, namelijk het e-boek, mag waar zijn, ik betwijfel of Kathja Smits dat zelf zo’n prettige gedachte vindt. Daarvoor houdt ze teveel van het ‘ouderwetse’ bladerboek, het boek dat prettig in de hand ligt en waarin de lezer zich haast letterlijk kan en mag verliezen.